Pascals eerste NFF dagen
Criminele telefilms, Hooohllands animatie talent en een veelzeggende stille stad
Dit jaar is de derde keer dat ik het festival bezoek, en hoewel ik me een dergelijk druk programma als de voorgaande jaren niet kan permitteren valt er genoeg naar uit te kijken dit festival. Wederom een grootse en brede programmering die boven alle thema’s en onderwerpen de Nederlandse film viert, in al zijn facetten. Een mooiere 1,5 week om in Utrecht te zijn, bestaat er eigenlijk niet.
Cop vs. Killer
Simon de Waal, een naam die hooguit bij enkele Baantjer fans een belletje doet rinkelen, stapte met Cop vs. Killer bijna noodgedwongen in het regisseurschap. Regisseur Hans Pos werd in het begin van de draaifase namelijk ziek en script schrijver De Waal werd gevraagd om de regie over te nemen van zijn eigen script (dat dan weer gebaseerd is op zijn gelijknamige roman). Hij kreeg gelijk de hoede over twee kanonnen (zoals hij dat mooi verwoordde) van Nederlandse acteurs: Jeroen Willems en Marcel Hensema. Hem restte hierdoor naar eigen zeggen weinig regiewerk, maar desalniettemin was het een klus die smaakte naar meer.
De twee hoofdrolspelers, Hensema en Willems, zijn respectievelijk de Cop (Frank) en de Killer (Mirko) uit de titel. Frank probeert al jaren Mirko te vangen en Mirko probeert op zijn plaats weer uit de handen van de gretige rechercheur te blijven en tegelijk zijn criminele activiteiten op orde te houden. Mirko lijkt Frank steeds te snel af, maar wanneer Mirko’s persoonlijke leven met zijn criminele bestaan gaat storen ziet Frank kansen, kansen die wellicht iets te ver buiten het boekje gaan.
De grootste kracht van Cop vs. Killer schuilt in de tweestrijd tussen Frank en Mirko, de Cop wordt steeds meer de badguy en de Killer wordt steeds meer de goodguy. Dit is dan ook aardig uitgewerkt maar wordt te vaak verstoord door subplots die totaal niet interessant zijn, te veel personages krijgen aandacht, terwijl je vooral naar Frank en Mirko wil kijken. Al met al een zeer aardige telefilm die mij benieuwd maakt naar een eventuele vervolg klus voor Simon de Waal als regisseur.
Animatiefilm programma
Mijn 2e dag begon met een flink aantal animatieshorts, gemaakt door verschillende kunstacademies in Nederland in de strijd om de beste korte animatiefilm van het festival. Ik zal de interessantste bespreken.
Synchronize
Mijn favoriet uit het programma. Het begint als een abstracte brei van fel knipperende beelden en al snel beginnen enkele van die knipperende beelden op fragmenten uit films te lijken. Steeds meer wordt zichtbaar, The Terminator, Doc Brown, Indiana Jones worden langzaam zichtbaar, nog altijd knipperend en wild gemonteerd. Visueel erg gaaf en het einde geeft een betekenis aan de brei met druk gemonteerde en bewerkte filmfragmenten.
Tenchikaibyaku
Als een danseres langzaam begint te bewegen verschijnt langzaam een geanimeerd lijnenspel om haar heen dat steeds heviger wordt naarmate ze danst. De wisselwerking zorgt voor een hypnotiserend effect waarin de danseres haast lijkt te zweven. Aangenaam visuele ervaring met helaas af en toe haperende animaties.
Lift Off
Zou zo in de Pixar Shorts collectie kunnen, waarbij een vogel met piepkleine vleugels zijn uiterste best doet om bij een prachtig vrouwtje te komen die enkele takken boven hem zit. Humor en indrukwekkende animatie voor een amateuristische productie. Helaas zijn de kleuren en de mise-en-scène erg lelijk maar de animatie van de vogels zijn een genot om naar te kijken.
Double Flies
Een parodie op film-noir en detective strips met een treffende visuele stijl en een goede portie humor. Jammer dat de voice-over niet overtuigd, anders had ik deze film als favoriet gehad.
Washed Ashore
Een man drijft weg van een enorm schip op een klein bootje en spoelt aan bij een uiterst vreemde stad. Een depressieve man met balonnen, een vogel met een enorme penis, een enorm ijdele vrouw met een even zo ijdele poedel en een klein mannetje volledig bepakt met geweren en bommen, dit zijn enkele inwoners van de stad. Een bizarre en surrealistische omgeving met dito personages die weet te intrigeren.
Oom Henk
De tweede telefilm met criminelen in de hoofdrol op dit festival, al houdt daar de vergelijking met Cop vs. Killer op want Oom Henk is vooral een komedie.
De lakse rechtenstudent Koen komt samen met zijn vriendin in de penarie en gebruikt de naam van zijn criminele oom om hun hachje te redden. Natuurlijk is Henk de Koning niet zijn echte oom, zo maakt hij zijn vriendin wijs, maar een dag later staat Henk toch echt voor Koen’s deur. Henk doet graag zijn neefje een plezier, maar verwacht daar wel wat voor terug. Koen dient als vrijwilliger te gaan werken in een bejaardenhuis waar de verrader Sjon de Nooyer zich schuil houdt als een dementerende man. Sjon heeft echter nog 12 miljoen euro ergens verstopt en aan Koen’s taak om deze plaats bij Sjon te ontfutselen, maar nept Sjon de boel wel?
Het bizarre verhaaltje en de grappen die er uit voortkomen zijn de voornaamste reden om niet verder te zappen als de film op televisie komt. Want hoewel Hans Kesting als overacterende crimineel en Bert Luppes als dementerende crimineel nog best leuk zijn om naar te kijken, is dat bij de rest van de typetjes (opgefokte rechercheur, lustige donkere verpleegster, arrogante zakenman) niet zo leuk. Een boel geschreeuw en het gestamel van de zwak acterende Tobias Nierop als Koen maken de film een stuk minder leuk dan de plot doet vermoeden.
Silent City
Mijn 2e dag werd afgesloten met het hoogtepunt van de dag: de première van Silent City.
Rosa gaat in Tokio in de leer bij Master Kon, een van de grootste vismeesters van de wereld. Rosa is vastberaden de kunst van het vis bereiden onder de knie te krijgen, maar dat blijkt niet mee te vallen in een land waarvan je de taal niet spreekt en de mensen schuchter zijn. Het werk blijkt monotoon en aanspraak van haar uitsluitend Japans sprekende collega’s heeft ze ook niet. Als haar werk onbetaald blijkt, zoekt ze noodgedwongen werk in een typisch Japanse hostess club waarin ze betaald krijgt om drankjes te drinken met mannelijke klanten. Eenzaamheid, onbegrip en onvermogen om haar leven te vormen nemen de overhand. Toch lijkt er licht aan het einde van de duisternis als ze langzamerhand de vissen leert begrijpen.
In de film worden nauwelijks dialogen gevoerd, de taalbarrière is zo groot dat de langste gesprekken enkele woorden beslaan, maar toch wordt er ontzettend veel verteld met beeldtaal. Visueel is de film ontzettend sterk en iets vreemds en wellicht suf klinkend als ‘het begrijpen van de vissen’ wordt prachtig vertaald naar het beeld. Maar de film bevat veel meer, de zoektocht naar houvast in een onbekend land waarvan je de taal niet spreekt, het onvermogen om te communiceren met een totaal ander type mens, omgaan met vreemde culturen. Dit ervaart Rosa niet als een tourist maar als een daadwerkelijke bewoonster van de stad, hierdoor wordt ook geen stereotype beeld van Japan geschetst. Een sterk drama dat doet denken aan zowel Lost in Translation als Club Zeus, maar zeker op eigen kracht weet te imponeren.
een prima indruk gekregen van de films