Door Veronique Kootstra
09/07/2010
Treurige humor en verlossende treurigheid
Nog maar een paar dagen te gaan voordat het festival ten einde komt; dus geen tijd te verliezen en ik heb een druk programma voor de boeg. Om 9.15 begin ik met de Schotse film A Spanking in Paradise.
A Spanking in Paradise
Een jonge advocaat die specialiseerd is in mensenrechten, besluit om voor de zomer te werken in het bordeel van zijn oom in Edinburgh, totdat zijn Amerikaanse visa in orde is.
De film wordt in het programma omschreven als een drama met zwarte humor, maar beiden worden helaas niet volledig met succes uitgevoerd. Het verhaal is verder niet echt interessant, probeert niets nieuws te doen en de dialogen zijn niet innovatief. De anekdotes die worden verteld door de oom, zijn te lang en niet grappig. Maar het grootste probleem met de film is het gebrek aan acteertalent. De film is verder goed geregisseerd, maar mist helaas getalenteerde acteurs die het verhaal beter hadden kunnen brengen.
Barry Munday
Film nummer twee is om 11.30 aan de beurt; Barry Munday, een Amerikaanse komedie met surrealistische elementen.
Barry doet zijn uiterste best om een hit te zijn bij de vrouwen. Hij haat zijn werk en zijn favoriete bezigheid is naar vrouwen kijken en met hen flirten. Nadat twee incidenten - één waarin een trompet voorkomt en één die te maken heeft met een vrouw genaamd Ginger - zijn leven compleet veranderen, is zijn eerste prioriteit om zijn leven op orde te krijgen en zijn hormonen te onderdrukken.
Eerste probleem met de film wordt al in de eerste vijtien minuten vastgelegd, waarin Patrick Wilson die Barry speelt, David Brent probeert te imiteren; niet origineel en bovendien een slechte imitatie. Het verhaal bewandelt verschillende zijpaden, waarvan sommige niet worden opgevolgd. De beste vriend van Barry verschijnt alleen maar in een paar scenes. Voor een komedie is de film niet grappig genoeg; de grappen zijn voorspelbaar en niet origineel.
The Dry Land
Zoverre zijn de films van vandaag teleurstellend geweest, een trend die hopelijk niet wordt doorgezet. Ik begin de middag met The Dry Land, een Amerikaans drama over de impact die oorlog kan hebben op soldaten nadat zij terugkeren uit de oorlogsgebieden.
James, een Amerikaanse soldaat, keert terug uit Irak naar zijn familie in een dorpje in Texas. Ondanks de steun van zijn vrouw Sarah, kan hij met het ‘normale’ leven niet omgaan. Hij kan zich bepaalde dingen die hij in Irak heeft meegemaakt niet meer herinneren en bezoekt de soldaten waarmee hij in militaire dienst was, die hem hopelijk meer kunnen vertellen over de gebeurtenissen.
The Dry Land heeft vele overeenkomsten met de film Brothers en dat werkt niet in zijn voordeel. Het probeert tevens het onderwerp van posttraumatische stress aan de kaak te stellen en, in tegenstelling tot Brothers, slaagt het daar maar gedeeltelijk in. Het probleem met The Dry Land is dat je zelden het gevoel hebt betrokken te zijn bij de karakters en zodanig niet echt om hun welzijn geeft.
C’est déjà L’étè
Hopelijk stelt de volgende film mij dan niet teleur, C’est déjà L’étè een film waar ik, sinds het programma uitkwam, naar uit heb gekeken. De film is gemaakt door de Nederlandse regisseur Martijn Smits en speelt zich af in België.
De film volgt de gebroken levens van een Belgische familie die in Seraing wonen, een post-industriële stad. De vader is werkloos, zijn dochter is een tiener en alleenstaande moeder en zijn zoon gaat nauwelijks naar school.
De armoede, tragiek, moedeloosheid en wanhoop waar de karakters individueel dagelijks mee om moeten gaan, wordt op indrukwekkende wijze in de film vastgelegd. Je ziet de familie alleen samen in één van de eerste scènes, in de rest van de film wordt de dagelijkse ‘routine’ van de vader, dochter en zoon apart gevolgd en dat maakt het juist zo triest.
Get Low
Laatste film van de dag is er één met Robert Duvall en Bill Murray in de hoofdrollen, helaas zijn beide niet aanwezig voor de vertoning van Get Low.
Felix (Robert Duvall), een kluizenaar die tientallen jaren alleen heeft gewoond in zijn afgelegen huis verborgen in het woud, verrast de lokale dorpelingen wanneer hij het dorp bezoekt om zijn eigen begrafenis te regelen. De meeste dorpelingen hebben geen goed woord over Felix te zeggen en vele roddelverhalen doen de ronde. Felix wil iedereen die een verhaal over hem heeft te vertellen, uitnodigen voor zijn begrafenis die bovendien zal plaatsvinden voordat hij overleden is. Frank (Bill Murray), de opportunistische begrafenisondernemer ziet dit als een kans om wat extra geld te verdienen.
Robert Duvall en Bill Murray met zijn perfecte komische timing, zijn beide uitstekend in de film, maar dat is geen verrassing gezien het talent en ervaring van de heren. Het verhaal klinkt interessant, maar in de film wordt het op een weinig energieke manier verteld en op sommige momenten is het zelfs saai. Er is verder niets fundamenteels mis met de film, maar helaas wil het niet de aandacht grijpen van begin tot eind.